Voor mensen met vleugels
In Memoriam - Franz Reichelt
(† Parijs, 4 februari, 1912)
Voorzichtig stikt een jonge kleermaker
zijn naden dicht. Buiten giert de wind
en trekt krachtig aan de luiken.
'Onze schepper heeft ons geen veren
toebedeeld, we vliegen met ons weten.'
fluistert hij tussen zijn lippen door.
Op tafel flakkert een kaars, werpt
vreemde schaduwen op de muren.
Mans handen vormen een vogel,
waar hij tegen spreekt. 'Mijn liefste,
op een dag zullen we samen zijn.
Dan weet ik waarheen je wilt gaan.'
Maar de vogel zegt niets en verdwijnt
als man zijn vingers strekt, vuisten balt
en naar boven kijkt. Naar de maan.
Voor hem ligt de edele huid, naakt
als een slak met een ragfijne sleep.
Man raakt het tere weefsel aan
en even leeft het onder zijn vingers.
Hij werpt het op in de lucht en kijkt
hoe traag geruisloos het zweeft
en uiteindelijk naar beneden komt.
Man knikt tevreden, laat een voldane
glimlach zien en klopt zich op de borst.
'Dit vel heeft een geraamte nodig.
Van hout en ijzerdraad moet het zijn.
En zo licht als een gedroogd blad.'
'Geen was. Vergeet veren. De zon is
te heet. Zal doen smelten. Mij verteren.
De rode bol, de hel aan de hemel.'
Ochtend werd het en de nachtmist
hing nog laag boven de grond toen
hij zijn gereedschappen neerlegde.
In zijn kamer staat nu een krachtig
torso, te vragen om een vlucht.
'Dit lichaam heeft een leven nodig.'
Behoedzaam steekt man zijn armen
in de mouwen en beweegt ze met
slagen. 'Ik ben de vleermuis, noem me
de vogelman.' Bijna groeit er een staart
uit hem. In zijn binnenste zet een
adelaar scherpe klauwen in zijn hart.
De volgende dag is heel de stad uitgelopen.
Notabelen schudden hem de hand.
Iedereen prijst zijn vinding. Hij straalt.
In de verte boven de daken en de rokende
schoorstenen, het baken van Parijs,
de Eiffeltoren, de trap naar de wolken.
Van hier is de weg niet ver. De treden
omhoog. Naar het licht toe. Zo overziet
hij het doolhof van poorten en huizen.
Beneden laten fotografen lichten flitsen
en kleermakers ogen worden groter,
hij smaalt. Zwemt in de zee van faam.
Onder zijn arm wiegend de slappe pop die
de eerste vlucht zal maken. Hij legt haar,
ware het een slapend kind, voorzichtig neer.
Op de rand staat hij nu zelf. Zijn pose
een bliksemschicht. De spreeuwen,
hoog boven hem, kwetteren ongeduldig.
Kleermaker wil flirten met de wind,
haar ten dans vragen. Kijk, ze geeft
hem plagerig kleine duwtjes in zijn rug.
Hij kijkt trots, vastberaden en aarzelt niet
voordat zijn lichaam met een doffe dreun
de aarde raakt en hij naar de sterren springt.
Sieger M.G.
'Voor mensen met vleugels' van Sieger M.G. is de 48e bijdrage die in het kader van het project 'Gedicht van de week' op de Contrabas is geplaatst. In totaal zullen 52 dichters, die minstens één bundel bij een reguliere uitgeverij hebben uitgebracht, worden uitgenodigd om een nog niet eerder in digitale of gedrukte vorm gepubliceerd gedicht op de Contrabas te plaatsen. Dit project wordt mogelijk gemaakt door steun van het Lira Fonds.
Sieger M.G. (1979) schreef de bundels 'De tonen van replica' (1999), 'Straatvluchter' (2002) en 'Schaduwvechter' (2006).
Laatste reacties